dagen per zet bedraagt is er genoeg tijd om weer eens wat theorie bij te spijkeren. Maar ook om complexe eindspelen of middelspelposities eens aan een nauwkeurig onderzoek te onderwerpen. Dit voorjaar wist ik met enig geluk een van de twee tussenrondes te bereiken waarin ik het moest opnemen tegen Ben de Jong en Adrie Pancras. De winnaar zou zich plaatsen voor de finale. Tegen Ben heb ik nog niet zoveel gespeeld maar Adrie en ik hebben sinds 1988, het jaar waarin ik voor de eerste keer lid werd van HWP, tientallen partijen gespeeld. De eerste jaren kon ik nooit van hem winnen, Adrie werd een echte Angstgegner voor mij. Positioneel en strategisch had ik het meestal wel voor elkaar maar dan verraste Adrie mij met een onverwachte taktische wending. Totdat ik een keer won met een mooie kruispenning en sindsdien gaat het redelijk gelijk op. Al denk ik dat onze teamcaptain nog altijd een kleine plusscore heeft tegen mij. De eerste partij, waarin ik wit had, eindigde na de afruilvariant van de Caro-Kann (1.e4 c6 2.d4 d5 3. exd5 cxd5 4.Ld3) al snel in remise. De tweede partij zat echter vol spektakel. Ik heb deze partij onlangs geanalyseerd met grootmeester-in-ruste Paul van der Sterren (PvdS), bij wie ik eenmaal per maand op bezoek ga voor een schaaktraining. Wit: Adrie Pancras Zwart: Bart Stam Siciliaans 1. e2-e4 c7-c5 2. Pg1-e2 (het lijfvariantje van Adrie. Een zet die ook wel door Paul Keres werd gespeeld. Erg gevaarlijk is het allemaal niet, want wit wordt zo min of meer gedwongen zijn witveldige koningsloper te fianchetteren. Het belangrijkste voordeel, afgezien van de psychologische aspecten, is dat wit wijdvertakte hoofdvarianten als de Najdorf vermijdt) 2… Pb8-c6 3. Pb1-c3 Pg8-f6 4. g2-g3 g7-g6 (PvdS: “Op zich een prima zet maar als zwart wil kan hij ook met 4… d5 het witte centrum aanvallen.”) 5. Lf1-g2 Lf8-g7 6. d2-d3 d7-d6 7. 0-0 0-0 8. f2-f4 Ta8-b8 9. Kg1-h1 (PvdS: “Een nuttige zet. Wit wil zijn dameloper ontwikkelen naar Le3 maar hij niet lastig worden gevallen door Pg4. Nu heeft hij een mooi veld voor deze loper op g1) 9… e7-e6 (PvdS: “Ook mogelijk is hier 9… Ld7, gevolgd door 10… b5. Direct 9... b5?? ging uiteraard niet wegens 10.e5! en zwart verliest een van zijn paarden en daarmee de partij’). 10. Lc1-e3 Dd8-e7 11. Dd1-d2 Lc8-d7 12. Ta1-e1 Pf6-g4 13. Le3-g1 Pg4-h6? (PvdS: “Een onnodige terugtocht van het zwarte paard, want wit hoeft nu geen 14.h3 te spelen. Zwart had beter 13… f5! kunnen spelen om een eventuele witte koningsaanval in de kiem te smoren. Na bijvoorbeeld 14. exf5 gxf5 staat zwart prima en ook na 14. h3 Ph6 heeft zwart geen problemen. Ook 13… b5 was mogelijk”). 14. h2-h3?! f7-f5 15. a2-a3?! (PvdS: “Een niet erg nuttige wachtzet die zwart aanknopingspunten geeft op de damevleugel.”) 15… b7-b5 16. Pc3-d1 a7-a5! 17. c2-c3 b5-b4 18. a3xb4 a5xb4 19. Lg2-f3?! (PvdS: “Actiever is hier 19. Pe3!”) 19… b4xc3 20. b2xc3 Pc6-a5 21. Pd1-e3 Ld7-c6?! (PvdS: 21… Pb3! 21. Dd1 [21. Dc2], La4! was een interessante variant voor zwart!”) 22. e4xf5 Lc6xf3+ 23. Tf1xf3 Ph6xf5? (PvdS: “Zwart had met de tussenzet 23… Db7! het initiatief definitief naar zich toe kunnen trekken. Na 24. Kg2 of 24. Tef1 kan hij binnendringen via de b-lijn.”) 24. Pe3xf5 g6xf5 25. Tf3-e3 De7-b7+ 26. Kh1-h2 Db7-d5 (PvdS: “De zwarte stelling is prima maar veel minder dominant dan dat zij na 23… Db7+ had kunnen zijn!”) 27. Dd2-c2 (er dreigde 27… Pc4), Tf8-e8 28. d3-d4? (PvdS: “Wit wil zich bevrijden maar deze zet kan hij zich niet veroorloven. Beter was 28. c4 Db7 en wit kan nog vechten, hoewel hij wel moet blijven oppassen. Zo volgt op het lichtzinnige 29. Pc3? sterk 29… Db2!”) 28 … Pa5-c4! 29. Te3-d3 Pc4-a3? (PvdS: “Veel sterker was 29… Tb2!”) 30. Dc2-d2 Pa3-c4 31. Dd2-c2 Dd5-e4 (PvdS: “Ook niet slecht maar opnieuw 31… Tb2 was hier dé zet, gevolgd door 32… De4 en 33… cxd4.”). 32. Lg1-f2 Tb8-b2 33. Dc2-d1 Tf8-a8 (PvdS: “Zwart heeft volledige dominantie.”). 34. Kh2-g1 Ta8-a2 35. Pe2-c1 Tb2xf2 42.Dxe6+ Kg7 heeft wit geen schaakjes meer. Na 43. Dxc4 d2 wint zwart) 41… d6-d5 (safety first hoewel 41… d2! waarschijnlijk ook wint. Paul en ik zagen echter niet hoe zwart na 42. Dxe6+ Kf8 43. Dxd6 Kf7 uit de schaakjes loopt). 42. Dc4xd3 Tg2-c2 43. Kf1-g1 Th2-d2 44. Dd3-f1 c5xd4 45. Pc1-b3 d4xc3! Stelling na 45… d4xc3 (Opnieuw een offer maar ditmaal neemt wit het – terecht - niet aan; na 46. Pxd2 cxd2 loopt de zwarte vrijpion onherroepelijk door). 46. Df1-e1 d2e2 47. De1-d1 Te2-g2+ 48. Kg1-f1 Tc2-f2+ 49. Kf1-e1 Tg2-g1+ 50. Ke1xf2 Tg1xd1 en wit gaf het op (0-1). Het was de enige partij die ik in deze dubbelrondige driekamp wist te winnen. In de eerste partij tegen Ben de Jong gaf ik in het vroege middenspel, toen er nog geen stuk was geruild, zomaar een stuk weg. Stelling na 35… Tb2xf2 (Een stelling die schreeuwt om een dame-offer. De zwarte stukken, met name beide torens, houden de witte koning in een soort wurggreep). 36. Te1xe4 Tf2-g2+ 37. Kg1-h1 Tg2-h2+ 38. Kh1-g1 Ta2-g2+ 39. Kg1-f1 f5xe4 (zwart moest eerst zijn eigen toren redden alvorens hij de witte toren terugslaat) 40. Dd1-a4! (de enige kans op tegenspel maar het werkt helaas niet voor wit!) 40… e4xd3 41. Da4xc4 (41. De8+? werkt niet, na 41… Lf8 ‘ Hopelijk blijft deze competitie bestaan nu het virus op zijn retour lijkt’ In deze complexe stelling speelde ik met zwart de onvoorstelbaar slechte zet 16… e7-e6??? Na 17. Lc3xf6 kon ik uiteraard direct opgeven. De tweede partij eindigde vrij geruisloos in remise. Zo eindigde ik in deze groep met 2 uit 4 keurig in het midden. Ben won onze groep overtuigend met 3,5 uit 4. Hij speelt nu de finale om het kampioenschap tegen BMA06, geen idee wie dat is! HWP Haarlem Jaarboek 2021/2022 39
40 Publizr Home