13

Bas Kamps Vertel iets over je sociale status; gezinssituatie, woonsituatie, e.d. Sinds 1989 wonen we, Ingeborg en ik, in Haarlem, waar onze 2 zonen, Martijn en Laurens, geboren, getogen en inmiddels weer uitgevlogen zijn. We zijn honkvast en steeds op hetzelfde adres aan de Velserstraat gebleven. En dat houden we zo, zolang het kan. Het is fijn in een buurt te wonen waar we ons geworteld voelen. Wat doe je / deed je in je werkzame leven? Lang gewerkt bij Arbeidsvoorziening, CWI en UWV meestal in rollen als beleidsmedewerker, secretaris van het bestuur of hoofd van een beleidsafdeling. Met het werk ben ik in de zomer van 2019 – enigszins voortijdig - gestopt, waardoor er weer ruimte kwam om te gaan schaken. Dat schaken had ik 7 jaar geleden, na een fysiek akkefietje, afgezworen. Eerst weer beter worden en werken, zo meende ik. Dat beter worden is gelukt. En eerder met werken stoppen kon, zo bleek vorig jaar. Dus nu weer achter het bord. Eens kijken of dat ook weer lukt. Begon wat roestig, maar gaat alweer ietsje beter. Wat zijn naast het schaken jouw andere interesses, liefhebberijen en/of hobby’s? Fotografie als eerste. In het najaar mag ik zelfs wat laten zien in een tentoonstelling. Een debuut. Daarnaast hou ik van schrijven. Dat debuut moet nog. We reizen graag en veel. Eindeloos nieuwsgierig naar plekken, die een beetje van de grote stroom afliggen. Op sportief vlak hou ik van hardlopen. Niet competitief, maar ontspannen in de Kennemerduinen struinen. Ik hou enorm van dat landschap. Met een loopgroepje de natuur in of ook alleen. Als ik niet ren, wandel ik. Als ik niet wandel, lees ik of kijk een film. En soms bestijg ik een oude racefiets, vintage zeggen sommigen. Lekker eten is ook belangrijk. Bij Teylers Museum ben ik als vrijwilliger actief; het archief van Hendrik Antoon Lorentz elektronisch toegankelijk maken. In Haarlem ben ik bezig om teksten van Haarlemse schrijvers en dichters op Haarlemse muren te krijgen. Er is eigenlijk zelden of nooit tijd over. Want er is altijd meer te doen dan er tijd is; dat boek moet nog gelezen, die tentoonstellingen bezocht en die films willen we nog graag zien. Met een stel vrienden gaan we om het jaar naar Athos, een Griekse monnikenrepubliek. Daaraan ben ik verslingerd geraakt. Nergens kan je mooier wandelen over eeuwenoude ezelpaadjes tussen de 20 kloosters. De kloosters zijn veelal middeleeuwse burchten. Het schiereiland is ongerept en anders dan het beeld dat velen van Griekenland hebben, geheel bebost. De reiservaringen publiceren we op een weblog. Wat is je favoriete muziek, boek, film, museum of iets dergelijks? Van alle categorieën heb ik zo mijn favorieten. Ik ben een veelvraat. De boeken van Robert McFarlane vind ik meeslepende ontdekkingstochten. Bill Bryson, omdat ie zo grappig is en zijn boekenkast zo mooi omvalt. A.F.Th. van der Heijden omdat ik zoveel herken. Alsof levens parallel lopen. En nog zoveel meer. Alle musea zijn de moeite waard, vind ik. Omdat verzamelingen, en de verhalen er achter boeien. Maar Teylers neemt een speciale plaats in. Daarnaast het Drents- en Assermuseum, die hebben vaak interessante tijdelijke tentoonstellingen. Maar het meest dol zijn we op de kunst en natuur van Museum Insel Hombroich. Qua muziek heb ik een brede smaak, maar het zwaartepunt ligt bij John Cale, Brian Eno en de Talking Heads/David Byrne. Gelukkig brengen de kinderen vele nieuwe muzikale impulsen, zo kom je op nieuwe ideeën, zoals DeWolff, Kruangbin, Black Keys etc. We vinden het ook leuk om samen naar concerten te gaan, We hebben muziektochten ondernomen naar Londen, Parijs en Frankfurt. Maar ook in Paradiso, voor een David Bowie tribute, of in het Patronaat komen we graag. Ook klassieke muziek staat op de rol. Bach tot Glass, van Stravinsky tot Satie. Kortom: ook hier eclectisch en gevarieerd. Vertel nog iets bijzonders over jezelf Nou zo bijzonder ben ik ook nou niet. Ik vind mezelf een behoorlijk normale man. Maar daar denken anderen wellicht het hunne van. Wat mij ooit aan het schaken bond waren de match om de wereldtitel tussen Fischer en Spassky, de prestaties van Jan Timman, als best of the west, en dat ik eens als student in een simultaan van Jan Hein Donner won. Pas ver na de studententijd, toen de vriendenclubjes om mee te schaken wat opdroogden ben ik op een club gaan spelen. Eerst lang in Amsterdam, bij het Probleem (voorheen de arbeidersschaakvereniging: de Rode Toren) en daarna bij HWP. Corona-editie HWP 2020 13

14 Publizr Home


You need flash player to view this online publication