riant in het Spaans, fianchetteerde zijn koningsloper en nam een oerdegelijke maar wat passieve opstelling in. Wit staat wat prettiger en kan het best nog wat ruimte winnen met 15. a4 of 15. h4. In mijn jeugdig enthousiasme (ik was 21) wilde ik hem meteen naar de strot vliegen en speelde 15. Ph2?! 0-0 16. f4? Slecht gerekend. De oude meester kwam na lang nadenken met het logische 16...c6 best voor wit was nu geweest 17. fxe5 fxe5 (Na 17...cxd5? 18. exd5 Pc7 19. e6 wint wit het stuk met voordeel terug) 18. dxe5 Pxe5 19. Pf4 De7 met iets makkelijker spel voor zwart, maar ik verzon 17. f5?! en nu had zwart met 17.... gxf5 18. exf5 cxd5 19. fxe6 Lxe6 20. Pg4 f5 in het voordeel kunnen komen. Wit wint met 21. Pe3 de pion wel terug, maar zwart houdt een machtig pionnencentrum. Sämisch speelde echter 17...cxd5 en na 18. fxe6 Lxe6 19. exd5 Ld7 20. dxe5 dxe5 was een moeilijke ongebalanceerde stelling met ongeveer gelijke kansen ontstaan. Beide partijen speelden wat aarzelend verder en mijn tijd raakte bijna op. Sämisch speelde nog steeds of hij alle tijd had, terwijl zijn vlag zo rond zet 30 al aardig omhoog begon te kruipen (voor de jongeren onder ons: In vroeger tijden speelde men met analoge klokken, bij voorkeur van het merk Garde, waarbij beide uurwerken voorzien waren van een rood fliepje (de zgn. vlag), dat door de grote wijzer van de klok omhoog werd geduwd, zodra die naar de 12 toe liep. Bij het bereiken van de 12 “viel de vlag” en werd geconstateerd of het vereiste aantal zetten bereikt was (bij dit toernooi 40 zetten in 2,5 uur)). Na wegzetten van Pd5 kan zwart met voordeel op f4 slaan. Ik begon te begrijpen dat er iets mis was gegaan, maar ik had er nog steeds wel vertrouwen in, omdat de oude baas al heel veel tijd had verbruikt en zich daar nauwelijks van bewust leek. Het Zou ik dan toch gaan winnen doordat de oude meester nietsvermoedend de tijd zou overschrijden? Dat was mijn eer te na, ik wilde “echt” winnen en ik begon opzichtig naar het uurwerk te kijken in de hoop dat mijn tegenstander dit zou opmerken en sneller zou gaan zetten. Of dit geholpen heeft, weet ik niet, maar feit is dat we beiden de 40 zetten binnen de vastgestelde tijd haalden. Vijf uur gespeeld, tijd om een hapje te eten en de partij af te breken. Hierbij schrijft een speler zijn volgende zet op een briefje, dat in een envelop gaat, die door zijn tegenstander is beschreven met de namen van de spelers en de stand in de partij. Bij de voorzetting wordt de stelling weer opgezet, de zet uit de envelop gehaald en speelt men verder tot de volgende tijdcontrole (16 zetten in een uur). Ook dit merkwaardige verschijnsel is thans geheel in onbruik geraakt. Partijen worden nu tot het bittere eind doorgespeeld, omdat bij een onderbreking de spelers alleen maar even een engine hoeven te raadplegen om de juiste zetten voor het vervolg te vinden. Maar dit was 1974, computers bestonden, maar waren zeldzaam en werden alleen voor serieuze zaken gebruikt (geld verdienen, oorlog voeren, mensen naar de maan sturen), niet voor iets onzinnigs als spelletjes doen, dus schaken konden ze niet. In dit toernooi werden de afgebroken partijen de volgende ochtend voortgezet en in de tussentijd konden de spelers, eventueel met hulp van vrienden of secondanten de stelling analyseren. Sämisch zou ongetwijfeld geholpen worden door de clan van oude Duitse meesters, ik moest het doen met mijn schaakvrienden, die echter ‘s avonds graag ook een kaartje legden en een of meer biertjes dronken. De envelop en het briefje met de afgegeven zet heb ik als souvenir bewaard. Ze kwamen na enig zoeken weer boven water De volgende ochtend ging het verder, vanuit de volgende stelling. Wit staat beter, zijn loper is beter, pion e5 is een doelwit en hij kan werken met zetten als b3-b4 en h3-h4. Zwarts moet proberen zijn pionnenmeerderheid op de koningsvleugel in beweging te krijgen, maar dat vergroot de veiligheid van zijn koning niet. Mijn afgegeven zet Dit was het moment geweest om eeuwige roem te verwerven. Was ik nu maar kalm gebleven, dan had ik wel 46. h4! gespeeld. Na het gedwongen 46. ...gxh4 kan wit op meerdere manieren winnen. Het prozaïsche 47. Dg4 is goed, maar veel overtuigender is 47. Txf4! exf4 48. Dxf4+ Kg6 (of 48.....Kh5 49. Df5+ Kh6 50 Ld2+ en wit wint) 49. Dg4+ Kh6 50. Te6+ Txe6 51. Lxg7 mat. Het mooist is de fantastische enginevariant 47. g4!! hxg3 ep 48. Kg2!! Da2+ 49. Kf3! Df2+ 50. Kg4 en de witte koning helpt mee om zwart mat te zetten. In plaats daarvan verlieten alle goede geesten mij en vergreep ik mij aan de pion op e5: 46. Lxe5?? Txe5 47. Txe5 Txe5 48. Txe5 Da1+ 49. Kh2 Dxe5 en teleurgesteld gaf ik op. Wel gespeeld, maar niet gewonnen tegen deze schaaklegende! HWP Haarlem Jaarboek 2023/2024 59 41. Tde2 is prima, maar tijdens de analyse kwam ik eigenlijk niet verder en ik vreesde de plannen die de Duitse meesterbrigade wel zou vinden. Maar wat bleek? Ook Sämisch wist het niet zo goed en ik kon mijn stelling verbeteren. Met 45. Te4!? sneed ik de terugweg naar de damevleugel voor mijn dame af en de oude grootmeester kon het niet laten en stortte zich met 45...Da3? op mijn damevleugelpionnen.
60 Publizr Home