WEDSTRIJDANALYSE Pensionado’s nog niet uitgespeeld Nederland vergrijst. Er zijn 3,5 miljoen AOW’ers. Dit is terug te zien in het verenigingsleven, de denksporten voorop. De gemiddelde leeftijd van de leden van de Bridgebond nadert met rasse schreden de honderd. Bij de schaakbond is de situatie iets rooskleuriger, dankzij een actief jeugdbeleid. Een potje schaken vindt de jeugd nog wel cool, een kaartje leggen niet. HWP doet hieraan volop mee, met zijn bloeiende jeugdafdeling. Dat betekent nog niet meteen dat de aanstormende jeugd en masse de hogere KNSB-teams bevolkt - ook al is de zwaluw uit China wel knap topscorer van het tweede geworden. Toch zijn er de laatste tijd onmiskenbaar meer jeugdige gezichten in de interne en de lagere KNSBteams te zien. Desondanks, de pensionado’s mogen nog niet worden afgeschreven. Jan Boekelman, sinds kort fulltime gepensioneerd, werd dit jaar meteen clubkampioen en van de top zes dit jaar was zowaar de helft gepensioneerd. Dat is niet zo heel raar. Bevrijd van de dagelijkse gang naar het werk, de kinderen uit huis, heeft de pensionado zeeën van tijd voor een gedegen voorbereiding en het op peil houden van zijn speelsterkte. Hij komt goed uitgerust en toegerust, om niet te zeggen tot de tanden gewapend, elke week weer op de clubavond. En dat laatste is een enorme pré voor het spelen van het Keizer-systeem. Er is ook een andere kant van de medaille. De grijze massa raakt in verval, combinatoire vaardigheden nemen af, ingewikkelde varianten worden gemeden, en uiteindelijk vernauwt het openingsrepertoire zich tot c4 of, horror, Pf3. Ondanks alle oefening en ervaring komt er een moment dat de ELO-tijdreeks een significant dalende trend inzet. Dit is de onderliggende structuur en dan is er ook nog het incident, het toeval, dat in een competitie van zeg 12 effectieve rondes een rol van betekenis kan spelen. Jan bleef uiteindelijk Peter Beerens nipt voor, die door werkverplichtingen de laatste, beslissende rondes verstek moest laten gaan, en die ook in het begin van de competitie kostbare puntjes liet liggen, in een klein moment van onachtzaamheid. Peter Beerens - Max Merbis. HWP interne competitie 2021- ‘22, ronde 2 1. d4 d5 2. c4 e6 3. Pc3 Pf6 4. Lg5 Le7 5.Pf3 O-O 6. e3 Pbd7 7. Dc2 h6 8. h4 c6 9. O-O-O internet-vluggertjes, vond dat de witte aanval soms moeilijk van de grond kwam en wilde wel eens meemaken hoe een expert dit aanpakt. In deze stelling heeft zwart bijna elke legale zet geprobeerd. Het meest gespeeld is 9... dxc4, maar na 10. Lxc4 b5 11. Le2 Lb7 12. Kb1 Tc8 13. Pe5 a6 14. Lf3 kwam zwart niet tot c5 en verloor kansloos in Gusev – Stepanov 2010. Gurevich heeft wel eens 9… Pb6 gespeeld, om na 10. c5 Pbd7 te breken met b6. Maar dat deed ie alleen tegen witspelers met zo’n 300 ELO-punten minder. Dit laat wel zien dat zwart zich een langzaam plan kan permitteren, dacht ik nog. Dus 9… b6 10. Kb1 Lb7 11. Lxf6 Tekst Max Merbis Nu bereidt wit met logische zetten de aanval voor 12. g4 g6 13. g5 hxg5 14. hxg5 Lg7 15. Ld3 De7? Zwart heeft zich willens en wetens op deze variant ingelaten. Ik had met wit dit systeem wel eens uitgeprobeerd in Dit is weer zo’n lastige keuze in dit soort stellingen: terugslaan met de loper of met het paard? Ik deed 11… Lxf6, maar 11... Pxf6 is beter en nodig, omdat 12. Pe5 Ld6! 13. Tg1 c5 14. g4 cxd4 15. exd4, zie analysediagram, nog ongeveer speelbaar is voor zwart, die zich met zetten als Pe4 en Lxe5 actief kan verdedigen. ‘ Hij komt goed uitgerust en toegerust, om niet te zeggen tot de tanden gewapend, elke week weer op de clubavond’ 30 HWP Haarlem Jaarboek 2021/2022 Een tweede mindere zet is in dit soort stellingen dodelijk. Absoluut nodig is 15... dxc4 want op 16. Lxg6 fxg6 hangt Pf3, met een nuttig tempo voor zwart. Evengoed zou 16. Le4 b5 17. Th3 erg onaangenaam voor zwart zijn. Nu wordt de aanval onweerstaanbaar. 16. Th3 Tfe8 17. Tdh1 e5?! Zwart gaat in schwindle modus. 18. Pxe5?! Afgaande op de
31 Publizr Home