17

013 Vragen 006. Dus je kende de wereld van mensen die het minder goed hebben al? “Ja, ik weet niet beter. In Huize Poels kwam ik al toen ik jong was, ik was er kind aan huis. Ook was ik altijd geïnteresseerd in wat mijn vader deed. Op het moment dat ik kon lopen en leerde praten, keek ik met hem mee en stelde ik hem vragen. Ook op dat vlak waren we twee handen op één buik. Ik heb nooit in een vijfsterrenrestaurant gewerkt, maar wel in een kroeg en coffeeshop. Ik voel me thuis tussen de ‘gewone’ mensen voor wie niets vanzelfsprekend is.” 007. Eén op de tien gezinnen in Tilburg ervaart armoede. Helpt een organisatie als bijvoorbeeld Quiet om die te bestrijden? “Kennelijk niet, want de armoede is de laatste jaren slechts toegenomen. Ook in Tilburg. ‘Van Quiet tot erger’, zegt mijn vader wel eens. Twee jaar lang heeft het MOM (Maakt Mede Mogelijk) in Tilburg met onze toestemming gebruik gemaakt van de expertise van Stichting BroodNodig. Met als doel dit initiatief te ondersteunen. Maar het startte vervolgens een eigen organisatie onder de naam Quiet. De intenties zijn ongetwijfeld goed. Het hart van Stichting Poels herkent zich echter niet in structuren met veel kosten en weinig baten voor de mensen voor wie het bedoeld is. Evenmin in luide marketing-uitingen die arme mensen stigmatiseren. Al onze werkzaamheden, van brood ophalen tot maaltijden bereiden voor dak- en thuislozen, worden nog steeds gerealiseerd door het Gerrit Poelsfonds. We bestaan van donaties en giften en worden niet gesubsidieerd.” 008. Vind jij dat Gerrit Poels, alias de Broodpater, gewaardeerd wordt om zijn jarenlange inzet? “Ja en nee. De mensen voor wie en met wie hij dat doet, waarderen hem zeer. Veel Tilburgers houden van hem. Maar de zakelijke wereld verbaast me regelmatig. Ik spreek figuren die nog steeds niet weten dat Poels geen beeldmerk is, maar een mens. Dat moet je dan als dochter uitleggen.” Hulya: “Mijn vader had geen snelle auto. Alleen een fiets” Gerrit: “En die geef ik niet weg!” 009. Is het bestaan van Poels Pollepel in gevaar? “We geloven in de harten van vrijwilligers, financierders, donateurs en vele Tilburgers. In die zin is het gedachtengoed van Poels niet in gevaar. Dat gebeurt pas zodra mensen die dat niet begrijpen onze organisatie binnendringen. Mijn vader maakte destijds bezwaar tegen de transitie van Huize Poels naar Traverse en van het feit dat LaPoubelle onder de hoed van Diamant-groep verder moest. Het ging hem er nooit om zoveel mogelijk mensen te helpen, maar zo góed mogelijk. ‘Ik ben geen hulpverlener, ik bied hulp’, zei hij trouwens vaak. Systemen en structuren vullen geen hongerige magen. De straat op gaan en brood uitdelen wel.”

18 Publizr Home


You need flash player to view this online publication